Hedwig een vergeten Joffer?

Hedwig van Osselen een vergeten Joffer?

‘Hedwig van Osselen zat in de Damesschilderklas van de Rijksacademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam en in de loop der jaren waren onder meer Lizzy Ansingh, Nelly Bodenheim, Marie van Rechteren Altena, Coba Ritsema, Jo Bauer-Stumpffhaar academiegenoten. De vijf opgesomde dames behoorden tot een groep schilderessen, aangevuld met Ans van den Berg, Jacoba Surie en Betsy Westendorp-Osieck, die later de ‘Amsterdamse Joffers’ werd genoemd. Zij waren net als Hedwig van goede komaf en behoefden in eerste instantie niet van hun kunst te leven. ‘Zo genoeglijk al die meisjes onder elkaar,’ zei Lizzy Ansingh later wanneer haar academietijd ter sprake kwam. De meeste Joffers leerden elkaar op de academie kennen en bleven hun leven lang als groep met elkaar verbonden. ‘Heeft zij misschien niet inderdaad tot deze groep behoord, toch zou men haar wel tot de Amsterdamsche Joffers kunnen rekenen’, merkte een recensent van het NRC op naar aanleiding van een tentoonstelling met werk van Hedwig. Schilderstijl en keuze van onderwerpen van de Amsterdamse Joffers kwamen overeen met die van Hedwig van Osselen.’

‘Hedwig schilderde in de jaren dertig nog in heldere composities Japans aardewerk en prenten. Toch bleef zij net als veel Joffers voornamelijk geboeid door bloemen. ‘Hedwig van Osselen was een fijne ziel die prachtig schilderde- mooie bloemstukken!’, schreef Jan Kleintjes lang na haar dood nog trots. Dahlia’s, rozen, sneeuwballen, madelieven en vooral haar lievelingsbloemen zinnia’s schilderde zij met een vlotte toets in afgewogen composities en tinten die afgestemd waren op de bloemen. Een in felle kleuren geschilderde bos zomerbloemen in een helblauwe vaas knalt het doek uit door de donker gehouden achtergrond, maar bijvoorbeeld doeken met sneeuwballen zijn daarentegen ingehouden en met groene, grijze, bruine en witte nuances geschilderd. Zij liet haar voorwerpen en bloemen op een spiegelend oppervlak staan, waardoor zij kleuren in net andere tonen en de vormen in de composities herhaalde. Door voorwerpen voor een wand met roomwitte en blauwe Delftse tegeltjes te plaatsen verlevendigde Hedwig de achtergrond in haar composities.’

Tekstfragmenten uit: Tuin, thee en atelier